Preek van zondag 13 oktober 2024


Tussen goed en kwaad

Vaak komt Jezus heel verrassend uit de hoek, met een opvallende uitspraak. Dat geldt zeker voor het verhaal van vandaag. Als iemand hem ‘goede meester’ noemt, wijst Hij dat meteen van de hand. Wat krijgen we nu, vraag je je af. Als er iemand een goed mens is, dan is Jezus dat wel. Maar nee, Hij wil het niet horen. Niemand is goed, behalve God. Misschien is dit wel de meest opvallende uitspraak in het evangelie. Heeft de kerk dit wel serieus genomen? In latere tijden – dat zou al met Paulus en Johannes begonnen zijn en zich hebben doorgezet in de christelijke dogma’s − is Jezus een steeds goddelijker supermens geworden. In al zijn woorden en daden voorbeeldig en zondeloos. Maar hier zegt Hij eigenlijk: net als jullie ben Ik een mens die je niet zomaar goed kunt noemen. Want niemand is goed behalve God.

Je ziet in de Bijbel terug dat Matteüs met deze woorden uit Marcus 10 geworsteld heeft. Toen hij zijn evangelie schreef, had hij Marcus voor zich liggen. Maar anders dan Lucas, die Marcus ook kende, neemt Matteüs deze uitspraak niet zomaar over. Hij brengt heel subtiel een kleine verandering aan. De man die Jezus aanspreekt noemt hem niet ‘goede meester’, maar laat dat ‘goede’ weg. Gewoon ‘meester’ dus. Wel zit dat ‘goede’ nu verwerkt in de vraag die hij aan Jezus stelt. Hij vraagt namelijk niet ‘wat moet ik doen?’ maar ‘wat voor goeds moet ik doen?’ Op die manier omzeilt Matteüs deze kwestie. Ook de reactie van Jezus op dat ‘goede meester’ laat hij weg. Wel krijgt de rijke jongeling weer mee, net als bij Marcus, dat hij zich aan de geboden moet houden: niet moorden, geen overspel, niet stelen, niet liegen en respect tonen voor je voorgeslacht.

Dat nu doet de man al vanaf zijn jeugd, blijkt uit zijn antwoord. Hij kent de geboden en probeert daar naar te leven. En dan staat er zo mooi dat Jezus hem liefdevol aankijkt. Dit is iemand die serieus bezig is met de vraag hoe een eerlijk en rechtvaardig, op God gericht leven eruit ziet. Hij zou zomaar kunnen toetreden tot de nabije kring van Jezus’ leerlingen die alles achter zich lieten. Maar dan moet hij een hele rigoureuze stap nemen, dan zou hij afstand van zijn rijkdom moeten doen: ‘verkoop alles en geef je geld aan de armen’. Dat raakt een gevoelige snaar, dat is teveel gevraagd en gaat hem een stap te ver. Zoals dat ook voor ons zal gelden. Alles weggeven zullen wij niet doen en is in deze tijd ook niet verstandig, behalve als je intrede doet in een klooster. Dan laat je al je privébezit los, in het vertrouwen dat je in die kloostergemeenschap tot je dood kunt rekenen op voedsel, zorg en onderdak. Maar daarbuiten raak je snel aan lagerwal en eindig je in een portiek of onder een viaduct. Nee, anders dan Jezus doet kan ik hier niemand aanbevelen alles weg te geven. Ergens hebben wij het geluk dat Jezus niet voorbijkomt en ons voor het blok zet.

Wel kunnen we elkaar vandaag de dag als gelovigen aanmoedigen om, als het even kan, gul te geven, niet alleen aan de kerk maar ook aan andere goede doelen. Het is een goede zaak om samen armoede en ziekte in de wereld te bestrijden en ontheemde vluchtelingen te helpen. Ook kunnen we met elkaar het belang onderstrepen van netjes belasting betalen voor de gemeenschap, en niet, zoals meerdere grote bedrijven doen, die belasting te ontduiken of anders wel te ontwijken. Is het niet pijnlijk dat we van ons belastinggeld economen opleiden die vervolgens bedrijven gaan adviseren hoe ze zo min mogelijk van hun megawinst afdragen aan de samenleving? Dat is blijkbaar niet illegaal maar wel heel asociaal. Trouwens, we doen het niet vaak als kerkelijke gemeenschap omdat we het al snel te privé vinden, maar een gezamenlijke bezinning op hoe we vanuit ons geloof omgaan met ons geld en goed hoort wel bij een christelijke levensstijl. Hoeveel heb je voor jezelf en je oude dag nodig, hoeveel geef je weg – naast de belasting die je afdraagt? Die vraag legt het evangelie vandaag weer eens op ons bord.

Terug naar dat ‘goede meester’. Afgelopen week hadden we in onze jongerenkring een mooi gesprek over goed en kwaad. Hoe beide in deze wereld en ook in een mens aanwezig zijn en dan kunnen strijden om de voorrang. Als vanzelf komt dan ook de vraag voorbij in hoeverre we over zoiets als een vrije wil beschikken. Kun je als mens echt in alle vrijheid keuzen maken, of ben je al grotendeels voorgeprogrammeerd, niet alleen door je hersenen, karakter en hormonen, maar ook door de omgeving waarin je opgroeit en de samenleving die je van alles voorschrijft en wijs kan maken. Bedenk alleen maar even hoe veel jonge mensen volledig in de ban zijn van de dingen die via social media over hen worden uitgestort en dan denken dat ze aan al die modieuze eisen moeten voldoen, gedwongen door de realiteit. En in hoeverre hebben we niet allemaal in het Westen, bewust of onbewust, een tik meegekregen van filmkarakter Gordon Gekko: ‘greed is good’, met hebzucht is niets mis. Het is zijn overbekende quote uit de film Wall Street die onze tijd typeert.

Ik kom regelmatig mensen tegen, bijvoorbeeld na een uitvaart, die zeggen: dominee, ik ga niet meer naar de kerk maar ik leef wel als een goed mens. Dat vind ik nogal een uitspraak. Want op zo’n moment durft iemand meer te beweren dan Jezus. Getuigt zoiets van lef, jezelf een goed mens noemen, of heb je weinig zelfkennis? Ja, hoe zit het met die zelfreflectie? Ik probeer me wel eens voor te stellen hoe mensen over 100 of 200 jaar naar onze tijd kijken. Misschien zeggen ze wel hoofdschuddend: toen in 2025 aten die barbaarse Hollanders net als andere Europeanen nog van de bio-industrie, zo liefdeloos gingen ze met dieren om. Ook voor sommige mensen hadden ze trouwens bar weinig respect. In het rijke Nederland vond men het te duur een aantal bedreigde Afghanen, die eerder hun ambassade bewaakt hadden, een veilig bestaan te bieden. En terwijl ze wisten hoe zorgelijk het klimaat ervoor stond, stapten ze nog rustig twee of drie keer per jaar het vliegtuig in om op vakantie te gaan. Toch vonden ze zichzelf heel tolerant, ontwikkeld en ruimdenkend. Maar ondertussen leefden ze alsof de wereld van hen was. Deze week stond nog een citaat van Albert Schweitzer in de krant: de mens is het vermogen kwijtgeraakt om te anticiperen. We kijken niet verder dan onze neus lang is. En dat eindigt ermee, voorzag Schweitzer al in zijn tijd, dat hij de aarde zal vernietigen. Ja, het kan geen kwaad regelmatig die woorden van Jezus voor onszelf te herhalen: niemand is goed, behalve God. Ieder mens heeft die spiegel nodig.

Hoe Jezus precies tot zijn uitspraak komt, weten we niet. Heeft dat met vroeger te maken? Heeft Hij, voordat Hij zich door Johannes liet dopen, een onstuimige jeugd gekend? Het zou kunnen, maar blijft speculeren. Veel sterker vind ik de gedachte dat Jezus bij ieder mens de zelfreflectie wil stimuleren. Zoals Hij zelf ook steeds bezig is met de vraag wie je als mens kunt of zou moeten zijn, als je je leven echt toewijdt aan God en zijn bedoelingen? Jezus zelf weet, vertelt het verhaal over de drievoudige verzoeking in de woestijn, hoe zowel goed als kwaad aan een mens kunnen trekken. Dat geldt voor ons allemaal: in elk mens kunnen goed en kwaad om de voorrang strijden. En dan gaat het erom, schrijft Paulus, om het kwade te overwinnen door het goede. Telkens opnieuw, want die tweestrijd hoort bij ons mens-zijn. Dat genuanceerde mensbeeld schemert door in de Bijbel. Je bent niet zomaar slecht, dat is te negatief, maar je bent ook niet zomaar goed. Dat besef maakt je als mens bescheiden en zet je aan tot continue zelfreflectie. Jezus houdt dan ook niet van pochen, van grootspraak. Hij heeft niks met religieuze bollebozen die graag vertellen hoe goed ze wel zijn. Goede sier maken, het is allemaal buitenkant. Maar van binnen heeft elk mens ook een schaduwzijde die vroeg of laat vanzelf naar boven komt. Daarom siert bescheidenheid de mens. Alleen God is goed. Wij mensen hebben altijd iets van een mix van mooi en lelijk, goed en kwaad.
Daarom is het zo goed als kerk te benadrukken dat elk mens leeft van genade. Zoals we dat straks ook weer vieren, rond brood en wijn. Je bent een mens met gaven en gebreken, kleine en grote. Zo wil God ons aanvaarden, zonder ons genadeloos op die gebreken af te rekenen. Dat ervaren we in de liefde die ons in Jezus Christus tegemoet komt. En die liefde mag dan weer afstralen in de wijze waarop we omgaan met elkaar: want we leven ook van elkaars genade. Dat wordt elke keer weer zichtbaar als we hier brood en wijn gaan delen. Als het erop aankomt, dan leven we allemaal van genade, van God en van elkaar. Zo laten we ons ook vandaag weer voeden door de liefde van Christus, met het brood van zijn genade en de wijn van zijn royale liefde. Amen

 
terug

Agenda

Leerhuis

do 14 nov 2024 om 19:30

Kerkenraadsvergadering

di 19 nov 2024 om 20:00

Kerkdiensten:

Zondag 10 november 11.00 uur
Grote Kerk - Protestantse gemeente
Achtste zondag van de herfst

Opnamen livestream

Tijdens de diensten worden opnamen gemaakt t.b.v. de livestream. Aan beide zijden naast de banken hangt een camera aan de pilaar.
Wilt u niet herkenbaar in beeld komen, zorg dan dat u in de banken achter de camera's plaats neemt.

Uitzenden van een kerkdienst

Op kerkdienstgemist.nl hebben we een gemeenschappelijke online omgeving met de Hervormde gemeente. U kunt daar onze protestantse eredienst van 11.00 uur volgen.


YouTubekanaal met filmpjes

Op het YouTube kanaal van onze gemeente zijn speciaal opgenomen filmpjes te bekijken.
De link naar het dit kanaal is: you tube kanaal pkn Wijk bij Duurstede

 

Filmpje Grote Kerk

Perry Bosman maakte met behulp van een drone een prachtig filmpje van de binnenkant van de Grote kerk. Het loont de moeite om er vierenhalve minuut voor uit te trekken: https://youtu.be/2S0qyhnioOA