Preek van zondag 12 juni 2022
Preek van zondag 12 juni 2022
Legioen
Af en toe probeer ik me te verplaatsen in een niet of anders gelovige die op zijn hotelkamer een Gideonbijbel aantreft. Die liggen er nog steeds, al hebben ze volgens mij nu een andere naam. Stel dat deze hotelgast die Bijbel op een willekeurige plek openslaat en op het verhaal van deze morgen stuit. Dan zal hij of zij zich wel even achter de oren krabben. In wat voor wereld zijn we nu terecht gekomen? Ja, hoe gek wil je het hebben? Een naakte man die door een heel leger demonen wordt bezeten. Jezus die niet alleen met hem maar ook met die boze geesten in gesprek gaat ‒ ze blijken hem te kennen ‒ en hen toestaat te verkassen in een kudde zwijnen. Met als gevolg dat deze varkens zich van de helling in het meer storten en verdrinken. Je hoeft geen lid van de Partij van de Dieren te zijn om ook daar de nodige moeite mee te hebben. Wat een bizar verhaal, onze hotelgast zal het hoofdschuddend hebben gelezen. Zoiets komt toch niet geloofwaardig over? Nee, die Bijbel is echt niet meer van deze tijd.
Dat laatste mogen we voor een deel beamen. De Bijbel is geen hedendaagse literatuur maar onmiskenbaar een boek uit de oudheid. Met enige regelmaat moet ik bijvoorbeeld uitleggen – er staan nu eenmaal veel genezingsverhalen in het evangelie ‒ dat men destijds een bijzondere kijk op ziekte had. Men wist nog niets van het bestaan van bacteriën en virussen, en ook de psychiatrie had zich nog niet ontwikkeld. Daarom werden zowel lichamelijke als psychische problemen vaak toegeschreven aan een demon, een trawant van de duivel. Soms aan een heel leger demonen met één woordvoerder en leider, zoals in ons verhaal. Genezing gaat in zo’n geval om het uitdrijven van die demon en zijn handlangers, iets dat we kennen als exorcisme. In de joodse wereld van toen zijn meerderen daarin bedreven en ook Jezus blijkt dit te doen. En in de Grieks-Romeinse wereld zou met name Apollonius van Tyana, een tijdgenoot van Jezus, over zulke wonderlijke kracht beschikken. Over hem worden vergelijkbare verhalen verteld. Trouwens, ook vandaag de dag zijn er mensen en culturen die op deze manier tegen ziekte aankijken en aan exorcisme doen. Voor ons als westerlingen blijft dat wennen, zoals we ook telkens moeten wennen aan Jezus die kan genezen op de wijze van een exorcist.
Bij de man in ons verhaal zullen we tegenwoordig aan ernstige psychiatrie denken. Je moet voorzichtig zijn met een label, en door de tijd heen kunnen die labels ook weer veranderen, maar het lijkt sterk op MPS: een Multiple Persoonlijkheid Stoornis. Wie daaraan lijdt, spreekt met meerdere stemmen: hoge en lage, vriendelijke en agressieve. Soms zijn er wel tien van die stemmen, soms zelfs twintig of meer ‒ alsof er een legioen pratende demonen in je zit. Iemand met MPS kan eerst poeslief doen, even later grof staan te schelden om vervolgens zichzelf schuldbewust weer tot de orde te roepen. Die wisselende stemmen horen bij de verschillende personen of identiteiten die iemand in zich heeft, ook wel alters genoemd. Die alters strijden om de voorrang en voeren om de beurt en soms ook dwars door elkaar heen het woord. Ooit is het vrij schokkend in beeld gebracht in The Exorcist, een film uit 1973, die ik u niet echt kan aanbevelen op een rustige zondag. Die film kent een opvallende parallel met ons verhaal: zoals de verwarde man af en toe wordt vastgebonden vanwege zijn agressieve uitbarstingen, zo wordt de hoofdpersoon in The Exorcist ‒ een jonge vrouw die vreselijke te keer gaat ‒ vastgebonden op haar bed.
Een stoornis als MPS – je hebt meerdere persoonlijkheden in jezelf ‒ wordt vaak in verband gebracht met traumatische ervaringen, met name met ernstig geweld. Vaak is dat fysiek of seksueel geweld: iemand groeit op in een onveilig gezin, waarin jarenlang de grenzen lelijk zijn overschreden. Het kan ook om oorlogsgeweld gaan, waarin mensen diepe angst kennen en grote trauma’s oplopen. Ze kunnen dan langdurig met stress ‒ post traumatische stress ‒ te maken krijgen. Want een mens komt wel de oorlog uit, hoor je vaak, maar krijg je die oorlog ooit uit een mens? Joden die de Holocaust overleefden, weten er alles van, net als militairen die in een gevecht of andere dreigende situatie terecht komen. Denk aan Dutchbatters, wat die hebben meegemaakt, denk ook eens aan de kindsoldaten in deze wereld, hoe dramatisch werkt dat door in hen. Het is op dit moment een grote zorg in de belegerde steden van Oekraïne, waar mensen in hun schuilkelders horen en voelen dat de bommen dichtbij neerkomen. En hoe komen de gewapende strijders deze oorlog uit, zowel aan de Oekraïense als de Russische kant? Dat zijn de zorgen voor de lange termijn, terwijl die op de korte termijn al zo groot zijn. Ja, wat moeten sommige mensen verschrikkelijke dingen meemaken in hun leven
Ook deze verwarde man, die Jezus ontmoet in de landstreek van de Gerasenen, kon wel eens met zo’n oorlogstrauma te maken hebben. Dat kreeg ik mee van een bijbelkenner die inzoomt op zijn naam. Als Jezus daarnaar vraagt, antwoordt de man: ik heet Legioen. Vreemd, die naam: die kan wijzen op het leger, het legioen boze geesten dat in hem woont. Maar het kan ook een verwijzing zijn naar de Romeinen, die met hun legioenen het land bezet houden en terroriseren. Lijdt deze man met die wonderlijke naam – Legioen ‒ aan de stress van deze vijandige bezetting? Is hij daarom zo wantrouwig, vraagt hij daarom zo angstig aan Jezus: pijnig me niet? Misschien is hij eerder genadeloos gepijnigd en gemarteld door de Romeinen – Jezus heeft hun wreedheid zelf aan den lijve ervaren. Zoiets trekt diepe sporen in een mens. Ondertussen weet zijn omgeving niet wat ze met hem aanmoeten. Hij vormt met zijn woede-uitbarstingen vaak een gevaar voor anderen. Daarom wordt hij, bij gebrek aan isoleercel, aan handen en voeten geboeid. Al met al doemt hier het beeld op van een zwaar beschadigde man. Een mens vol angst en pijn die Jezus bewust niet uit de weg gaat. Jezus trekt hem met zijn aanpak binnen de kring en weet zijn innerlijke demonen te verdrijven.
Zo zit er in dit bizarre verhaal tegelijk iets moois, iets bemoedigends dat onze fictieve hotelgast hopelijk ook gaat ontdekken. Dan laten we even los dat het hier om demonische bezetenheid zou gaan. Nee, wie ziek is heeft geen duiveltje in zich, dat ervaren we als stigmatiserend. Al kan een lelijke bacterie, virus of tumor soms wel zo voelen. En dat geldt ook voor de angst, depressie of verslaving waarmee iemand kampt. Zoiets kun je ervaren als een donkere kracht die zich zomaar naar binnen is geslopen. Toch is het niet duivels, dat is een onterecht en onnodig stigma. Als we dat loslaten, krijgen we oog voor het mooie en hoopvolle in ons verhaal. Door Jezus krijgt het een verrassende wending met goed nieuws. In onze innerlijke pijn wil Jezus ons heilzaam nabij zijn. In onze angsten, onze wisselende stemmingen of traumatische ervaringen kan Hij ons troosten en bemoedigen. En op onze beurt kunnen wij elkaar daarin tot troost zijn en op weg helpen om iets van genezing te vinden. Bijvoorbeeld als we niet terugdeinzen voor iemand die hiermee worstelt en die persoon niet uit de weg te gaan maar juist open tegemoet komen. Dat laat Jezus ons zien in zijn onbevangen aandacht voor deze enge, sterk verwilderde man. Hij ziet hem als mens, spreekt hem aan en vraagt naar zijn naam. Jezus maakt contact, bevrijdt deze man uit zijn beklemming en trekt hem binnen de kring. Hij brengt nieuw leven in dit doodsgebied waar de man leeft, te midden van graven en demonen, en ook van de voor joden onreine varkens. Het donker wijkt. We proeven iets van Pasen en tegelijk van Pinksteren, als de levendmakende Geest van Jezus hier de duistere demonen verdrijft.
Kom in de kring, de troostrijke en heilzame kring die Jezus voor ogen staat. Dat zeggen we vandaag ook als we samen Avondmaal vieren. Doe mee, ook als je vol zit met vragen, twijfels of innerlijke pijn. Bij deze maaltijd is Jezus de gastheer, bij hem is iedereen welkom, zonder aanziens des persoons. Dat geldt ook voor mensen als die verwarde man die ingewikkeld, lastig of moeilijk kunnen zijn, voor anderen en vaak ook voor zichzelf. Rond brood en wijn zien we elkaar als mensen die aangewezen zijn op de liefde van Christus, op de goedheid en genade van God en van elkaar. Kom in deze heilzame levenskring waar ieder mens in tel is en gezien wordt.
Zoiets geldt in bredere zin voor elke christelijke gemeenschap. Laten we in deze wereld een plek zijn waar ook mensen zich thuis weten die anders zijn dan doorsnee. Die tegen grenzen oplopen of afgewezen worden om wie ze zijn, die als vreemd of afwijkend worden weggezet, die zich niet gekend en bemind weten en zo van zichzelf kunnen gaan denken dat ze niet de moeite waard zijn. Het is vaak niet eenvoudig hen onbevangen en oprecht te laten delen in je aandacht en empathie. Dat kan veel van je vragen, aan incasseringsvermogen, tact en geduld. Maar het is wel de weg van de liefde die Jezus ons wijst, in een wereld vol demonen, angst en pijn. Voor Jezus geldt dat iedereen welkom is in de kring van Gods goedheid en genade. Welkom in de kring van brood en wijn ook, waar we het leven vieren. Amen
|